Een samengesteld product
De band is een composiet, dat wil zeggen een samenvoeging van materialen met verschillende eigenschappen waarvan de vervaardiging erg nauw luistert.
Een band bestaat uit de volgende halffabrikaten:
1. Een zeer luchtdichte laag synthetisch rubber.
Deze laag komt binnen in de band en functioneert als binnenband.
2. De karkaslaag.
Dit karkas bestaat uit dunne textielkoorden die in rechte bogen op het rubber worden vastgezet. Deze koorden spelen een sleutelrol in de structuur van de band en zorgen ervoor dat hij bestand is tegen de spanning. In een laag van een autoband zitten ongeveer 1400 koorden die elk weerstand kunnen bieden aan een kracht van 15 kg.
3. Een vulrubber voor de hielzone.
Dit moet de motor- en remkoppels van de velg doorgeven naar het contactvlak met de ondergrond.
4. De hieldraden zijn er om de band op de velg vast te zetten. Deze kunnen tot 1800 kg belast worden zonder te breken.
5. De zijwanden van soepel rubber beschermen de band tegen schokken die het karkas zouden kunnen beschadigen, zoals het stoten tegen stoepranden. Een harde rubbersoort zorgt voor de verbinding tussen de band en de velg.
6. De loopvlaklaag.
Versterkt met zeer dunne, maar zeer sterke staalkoorden die kruislings en schuin boven op elkaar zijn bevestigd. De kruising van deze koorden met de koorden van het karkas vormt driehoeken die niet vervormd kunnen worden. Deze manier van plaatsen – ook wel driehoekschakeling genoemd – zorgt voor de stijfheid van het loopvlak.
Deze lagen, die het hele loopvlak van de band omhullen, spelen een ingewikkelde rol:
- ze moeten stijf genoeg zijn in de richting van de omtrek van de band om niet uit te rekken onder invloed van de centrifugerende kracht, opdat de diameter van de band exact hetzelfde blijft ongeacht de gebruiksomstandigheden.
- ze moeten ook stijf zijn in de dwarsrichting om weerstand te bieden tegen dwarskrachten. Maar ze moeten in verticale richting ook soepel zijn om ‘obstakels te absorberen’.
Om deze lagen te verkrijgen, moet het staal op het rubber bevestigd worden. De perfecte cohesie tussen deze uiteenlopende materialen is erg moeilijk te verkrijgen, maar is wel zeer noodzakelijk.
7.Het loopvlak wordt boven op de loopvlaklagen geplaatst. Dit deel van de band, dat een profiel krijgt, maakt contact met de weg. Op het gedeelte waar de band in contact staat met de ondergrond moet het loopvlak bestand zijn tegen grote krachten. Het mengsel waaruit dit contactvlak bestaat moet goede grip geven op alle soorten ondergrond, moet bestand zijn tegen afslijting en afschuring en mag niet al te warm worden.
Tot slot moet het profiel gemaakt worden en moet het geheel gevulkaniseerd worden om de hele verbinding goed stevig te maken.